Wedstrijdverslag Zwolsche Boys 3 – Berkum 5 (2-1) 5-1
Het laatste weekend van oktober: een weekend waar menig klokkenwinkeleigenaar niet bepaald naar uitkijkt. Hoe anders is dat voor het beloftenelftal van de groen-witte zebra’s uit Zwolle. Voor een derby als deze ligt iedereen op de vrijdag op tijd op bed, wordt er geen alcohol gedronken, noch gegrepen naar andere potentieel verslavingsgevoelige zaken. En zo verschenen de topfitte spelers keurig op tijd op het sportpark. Op tijd voor de elftalfoto die vandaag gemaakt zou worden. Naast de uitgeslapen koppies bleek iedereen ook hier keurig op voorbereid getuige de keurig gesoigneerde koppies. Het werd een bijzondere elftalfoto: Luuk op schoot bij een teamgenoot, een hond op de foto. Ook kwam men met elkaar tot de conclusie dat er óf te warm gewassen werd de laatste tijd, of dat er wellicht een andere reden was voor de goed getailleerde shirtjes waarin menig getraind lijf goed naar voren kwam. Gelukkig had Venis het goed voor elkaar: een shirt op maat, waar hij vervolgens ook de hele wedstrijd prima in kon ademen vanaf de kant. Nog een interessante vermelding: in de voetballerij is het een ongeschreven regel dat een aanvoerder (pro forma of werkelijk, dit doet er niet toe) zijn/haar band niet draagt bij een teamfoto óf bij de individuele foto. Onze aanvoerder (pro forma of werkelijk, dat doet er hier ook niet toe) bepaalt dit zelf wel. En zo geschiedde. Wellicht had het nog te maken met het actuele thema rondom geaardheid, want het ging wel om een band met regenboogkleuren.
Er werd ook nog gevoetbald. Erg veel zelfs, want door de elftalfoto stonden we al vijf kwartier voor de aftrap op het veld. Misschien wel de succesformule? Toen wij al klaar waren met onze warming-up kwamen de jongens uit Berkum, goed gesponsord overigens, duidelijk ook de nodige uurtjes doorgebracht hebbend in de sportscholen in Noord, ook het sportpark op. Na de warming-up zelfs nog even naar binnen, wellicht om ons (nog wat meer) uit ons ritme te brengen. Wat ze niet wisten, is dat wij zelf bepalen waar en wanneer we winnen. Toch gaven we ze in het eerste kwartier het gevoel dat er wat te halen viel. Met veel energie en de nodige kwaliteit in de ploeg was het alle hens aan dek van onze kant. We moesten aan de bak. En dat deden we. We hielpen elkaar overal op het veld, het moet vanaf de kant hartverwarmend zijn geweest. Venis ging er zelfs van zweten; hij had het namelijk al warm met zijn trainingspak aan, heerlijk ademend in zijn XL-shirt, scherp toekijkend.
Voetballend kwamen we er niet echt aan te pas, en dat had vooral met Berkum te maken. Maar waar het wel kon, deden we dat best aardig. Met direct spel en balletjes over de verdediging vanuit het middenveld werden we gevaarlijker. Uit zo’n moment maakten we ook ons eerste doelpunt. Wie anders dan Petter tekende de 1-0 aan.. nou, niemand dus. Een leep doelpunt, zoals dat dan heet. Misschien wat tegen de verhouding in kwamen we wel op voorsprong. Berkum vond dat niet leuk. Toch kwamen ze even later onverwachts op 1-1. Na balverlies op de helft van Berkum stonden ze even later aan de andere kant, kwam de bal met fortuin voor de voeten van een der spelers en stond het ineens 1-1. Toch bleven we goed spelen, en bleek maar weer eens waar wij sterk in kunnen zijn met elkaar. Ballen afpakken, direct spelen, samen verdedigen, samen aanvallen. Marco deed ook weer mee. Na 34 minuten zijn eerste balcontacten, en u begrijpt al waar het naartoe gaat; aanname, wegdraaien bij de tegenstander, en vuren op het doel. De afstand doet er dan niet toe. Van zo’n 40 meter afstand zag hij de keeper te ver voor zijn doel staan. Helaas ontbrak nog de precisie. Even later was die precisie er wel en leverde hij vanaf rechts een afgemeten voorzet die Daan, goed voor zijn man gekomen, in de touwen kopte. 2-1. Ondanks dat Berkum waarschijnlijk nog steeds het gevoel had de betere zijn kwamen we niet echt in de problemen, omdat we elkaar verdedigend goed bleven helpen. In de rust besloten we hetzelfde speelplan uit te blijven voeren: de organisatie was goed, het speelplan werkte prima.
In de tweede helft eigenlijk eenzelfde spelbeeld. Berkum bleef het proberen, maar er lukte vrij weinig aan hun kant. En dat had zeker met ons te maken. Boys 3 was een soort balafpakkersgilde. Overal een voetje tussen. Berkum was en bleef zoekende. Met een hoop gefoeter op elkaar tot gevolg. Met prima positiespel bleven ze loeren op momenten, maar elke keer weer werd het door ons in de kiem gesmoord. Gefoeter ging over in frustratie, met veel overtredingen tot gevolg. Scheidsrechter Bijsterbosch senior, die de wedstrijd weer in uitstekende banen leidde, had het er druk mee. Wij waren niet onder de indruk. Winnaars hebben een plan. Thijs Giesbers, binnen Boys 3 ook wel ‘De Schicht’ genoemd, had ook een plan, en 1 op 1 met de keeper ging de bal er uiteindelijk in. Bij de tegenstander, dat een tikkeltje uitstraalde en zich gedroeg alsof ze al kampioen waren op de vierde speeldag, zakte de moed nog verder in de schoenen. Wij werden hierdoor alleen maar gesterkt. Even later mocht ook Melle Analbers zijn sterke wedstrijd bekronen met een doelpunt. Op snelheid zette hij de verdediger te kijk en rondde hij keurig af. 4-1, wat een luxe. Luuk, na zijn blessure weer lekker bezig en in zijn element vandaag, werd even later uit de wedstrijd geschopt na een schandalige overtreding van achteren. Als je met 4-1 achter staat en dan op dit niveau zo’n schop uitdeelt, moet je, zeker als duidelijk is dat je op wat hoger niveau hebt gespeeld, echt goed in de spiegel kijken. Het had niets met onkunde te maken, maar alles met frustratie nadat je te kijk wordt gezet door een handige dribbelaar die je de bal ontfutselt. Even later maakten we als reactie daarop nog de 5-1, een lekkere goal van Thijs die de bal over de keeper wipte.
Voor ons al met al een verrassend dikke zege, die zeker niet zonder slag of stoot op de borden kwam. Wij mogen heel tevreden zijn. Namens Jelle nog een dikke pluim aan de verdediging, waarin hij zelf ook een puike pot speelde. Het was aanhaken of afhaken. Onze bedoelingen zijn nu wel duidelijk. Zelfs het k-woord wordt in de mond genomen. De schrijver denkt dat het mogelijk is. In Dalfsen een collectieve off-day, nu weer in onze kracht en kwaliteit. Daarmee kunnen we ver komen. Het bleef nog lang onrustig op Jo van Marle.